Geen 201 maar 317 aanmeldingen voor Lbv-regeling

De onjuiste cijfers komen kort gezegd door een foute instelling in het registratiesysteem van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Tot voor kort werden vooral beschikkingen voor Lbv-plusbedrijven verzonden en hield het systeem bij de aantallen hier rekening mee. Doordat er meer geld beschikbaar kwam voor de Lbv-aanmelders, kon RVO ineens vrijwel al die aanvragen goedkeuren. Maar het systeem zag die deels als Lbv-plusmeldingen.

Vooral bij de aanvragen van varkenshouders en melkveehouders zijn de aantallen nu duidelijk anders dan vorige week is gepresenteerd. Er blijken nu 317 varkenshouders te zijn die willen deelnemen aan de Lbv-regeling in plaats van de vorige week gemelde 201. Daarnaast zijn er 208 aanmeldingen voor de Lbv-plusregeling. Vorige week werden er 263 bedrijven gemeld. De aantallen zijn dus nu bijna andersom. Ondanks deze verandering is er voor de Lbv-aanvragen volgens RVO voldoende geld beschikbaar om ze te honoreren.

Voor een deel komt de wijziging ook omdat er meer bedrijven zijn die inmiddels zeker weten of ze onder de Lbv- of Lbv-plusregeling vallen. Vorige week ging het nog om 84 bedrijven, inmiddels zijn er 60 in de juiste categorie ingedeeld en loopt de beoordeling nog van maar 24 aanmeldingen bij de varkensbedrijven.

Van het totale aantal van 549 aanvragen voor de Lbv- en Lbv-plusregeling bij varkensbedrijven hebben 64 bedrijven geantwoord op het voorstel. Of ze daarmee ook stoppen of het voorstel niet hebben geaccepteerd, is niet bekend.

In totaal waren er bij RVO op 6 juni 1.424 veehouders die zich hebben aangemeld voor de Lbv- of Lbv-plusregeling. Aanmelden voor de Lbv-plusregeling kan nog tot en met 20 december. De Lbv-regeling is al gesloten.

Naast 548 varkenshouders gaat het om 387 melkveehouders, 220 pluimveehouders, 179 vleeskalverbedrijven en 89 bedrijven met meerdere diersoorten.