Voergift+in+kraamstal+en+na+spenen+moet+passen
Achtergrond
© Varkens Archief

Voergift in kraamstal en na spenen moet passen

Het bereiken van een hoge bigkwaliteit start met de juiste voerstrategie in de kraamstal die goed past bij de voeropname na het spenen. Biggen met een lage voeropname na het spenen vragen om een andere voerstrategie dan biggen met een hoge of een wisselende voeropname. Goed observeren van de biggen in de kraamstal en de opfokafdeling is nodig.

Biggen moeten geleidelijk leren eten. Ze moeten langzaam overgaan van het verteren van de dierlijke eiwitten en koolhydraten uit melk naar de plantaardige eiwitten en koolhydraten die ze na het spenen krijgen. 'Om het verteringsstelsel te ontwikkelen en de biggen probleemloos te laten groeien, is de kwaliteit van het biggenvoer voor en na het spenen van essentieel belang', zegt productmanager Albert Timmerman van De Heus.

'De grondstoffen moeten naadloos in elkaar overlopen om de biggen optimaal te ondersteunen bij de vertering. Daarom produceren we ons Romelko-biggenvoer in onze fabriek in Andel en kopen we van vaste leveranciers grondstoffen van constante kwaliteit.'

Minimaal 500 gram

In de kraamperiode is een voeropname van minimaal 500 gram vast voer het beste. 'Waarvan de helft, 250 gram, in de laatste week voor het spenen', zegt Michel Ogink, zeugen- en biggenspecialist bij De Heus.

De kwaliteit van het biggenvoer voor en na het spenen is van essentieel belang

Albert Timmerman, productmanager bij De Heus

'Eten de biggen in de laatste week driekwart van de totale voeropname, dan zijn ze niet gewend aan het plantaardige voer. Je moet dan de voersoort na het spenen aanpassen, zodat het voer goed aansluit bij de verteringscapaciteit van de biggen. Je stemt dus de voersamenstelling en voerstrategie voor en na het spenen goed op elkaar af', legt Ogink uit.

Goed observeren

'Daartoe moet je de biggen in de kraamstal en de opfok goed observeren. En weten met welke genetica je te maken hebt, wat de speenleeftijd en het speengewicht zijn, hoeveel de biggen eten en of de opname per dag wisselt. Zie je weleens speendiarree? Bij lichte biggen duidt dit erop dat ze het plantaardige voer nog niet goed kunnen verteren. Het onverteerde voer is een voedingsbodem voor schadelijke bacteriën. Bij zware biggen komt speendiarree meestal door overeten.'

Met al deze factoren wordt rekening gehouden bij de keuze van de speenvoeders, die verschillen in grondstofkeuze en maalfijnheid. Daarnaast is de vorm van het voer – kruimel, korrel, meel of kreel (half kruimel, half meel) – een optie om de voeropname te reguleren. Bij de vlotte eters is het vaak het beste om de laatste week in de kraamstal al speenvoer te geven.

Sneller trek

Is de voeropname na het spenen nog laag, dan is het beter om de prestarter vanuit de kraamstal een paar dagen door te voeren. 'Die biggen geven we Romelko-voer met een hoger aandeel zuivel, fijngemalen ontsloten graan en smaakvolle grondstoffen', zegt Ogink. 'Door dit licht verteerbare voer hebben de biggen weer sneller trek.'

Volvreten

Biggen van vleesrijke zeugen eten soms al op twee weken na het spenen 1 kilo per dag. 'Deze biggen hebben een hoge opnamecapaciteit en willen zich volvreten. Rem je hun voeropname, dan worden ze daar vervelend van', constateert Timmerman.

'Maar je wilt niet het risico lopen dat de biggen zich overeten en speendiarree krijgen. Dus je moet de voeropname goed reguleren door het maken van de juiste keuze in de gebruikte grondstoffen', zegt de productmanager.

Sneller verzadigd

'Voor die biggen hebben we voer met meer vezel, een andere maalfijnheid en een mix van inerte en fermenteerbare vezel. Dit ondersteunt de vertering beter en zorgt sneller voor verzadiging. De opname zal dan na het spenen mooi geleidelijk doorstijgen.'

De voersamenstelling goed afstemmen wordt lastiger als er een behoorlijke spreiding in de speengewichten en speenleeftijden is. 'Het beste is dan om de jongste en lichtste biggen apart te zetten en een licht verteerbaar voer te geven', zegt Timmerman.

Grove vezels

'Lukt dat niet, dan stemmen wij de voersamenstelling af op de behoefte van lichte biggen: een licht verteerbaar voer, maar wel met wat grove vezels. De grove vezels reguleren de voeropname, zodat deze minder wisselt en de grote biggen ook gezond opstarten. Dat zorgt voor een goede mix voor zowel de kleine als de grote biggen.'

Voeropname biggen verschilt flink
De voeropname van lichte, gemiddelde en zware biggen kan flink verschillen. In de tabel staan de verschillen zoals die in de praktijk zijn gemeten. Deze zitten niet altijd in hetzelfde koppel biggen, maar dat kan wel. Het is belangrijk om de voergift en voersamenstelling hierop af te stemmen.

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Vrijdag
    12° / 4°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 7°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
Meer weer