Voer puur uit reststromen halveert CO2-uitstoot

De CO2-voetafdruk van vlees wordt volgens Karel van der Velden, Business Development Manager bij Nijsen/Granico, voor zo'n 70 procent bepaald door veevoer.’ Daarom wilden wij wetenschappelijk onderbouwde berekeningen laten doen naar de feitelijke effecten van kringloop-veevoer. Dit is van belang voor het debat rond vleesconsumptie, voedselverspilling en het terugdringen van de CO2-voetafdruk.’
De studie van Blonk is uitgevoerd volgens een door de EU vastgestelde en wereldwijd erkende methode (PEFCR Feed for Food Producing Animals) en de uitkomst is gecertificeerd door SGS. Daaruit blijkt dat varkens en kippen die met 100 procent reststromen worden gevoerd, een enorme bijdrage leveren aan de reductie van de CO2-emissie en het sluiten van kringlopen. Van der Velden: ‘Veevoer dat volledig bestaat uit reststromen van voedingsmiddelen heeft een CO2-voetafdruk die ruim de helft lager is dan traditioneel veevoer.’

Kringloop-schnitzel

Door voer op basis van reststromen te gebruiken is de voetafdruk van een kringloop-schnitzel volgens Van der Velden ruim een derde lager dan die van een traditionele schnitzel. ‘Een stukje kringloopvlees heeft zelfs een CO2-voetafdruk die in de buurt komt van een plantaardig geproduceerde schnitzel.’
Nu de bijdrage van het veevoer aan de carbon footprint bekend is, openen zich volgens hem nieuwe wegen om dierlijke producten met een lage carbon footprint in de markt te zetten. ‘De consument heeft de mogelijkheid via de vleesconsumptie bij te dragen aan het verlagen van de carbon footprint en het verminderen van voedselverspilling door het sluiten van kringlopen.’

Hoog op de ladder

Ruim 30 jaar verwerkt Nijsen/Granico reststromen uit de levensmiddelenindustrie tot varkens- en kippenvoer. Deze stromen ontstaan als gevolg van snijresten, productiefouten, proefproducties en productieverliezen van bakkerijen en fabrieken. Waardevolle voedingsstoffen, zoals eiwitten en mineralen blijven behouden voor de voedselkringloop door daar diervoeders van te maken. Op deze manier belanden organische stoffen uiteindelijk op het bord van de consument als een karbonade of eitje. Door deze unieke werkwijze scoort Nijsen/Granico hoog op de ladder van Moerman.