Strakke schema’s voor veel kwaliteitsbiggen

Wil je goede resultaten behalen dan moet je volgens Bert Cuppen strakke schema’s gebruiken. En je moet goed noteren wat je allemaal doet, zodat je achteraf kunt zien welke maatregelen wel helpen en welke niet.

Goede biggen spenen vindt Cuppen het allerbelangrijkste. Hij stemt daar de hele bedrijfsvoering op af. Goede biggen leveren begint al in het kraamhok. “Je moet er voor zorgen dat de zeugen niet te veel conditie verliezen. Dan kun je ze weer snel dragend krijgen van een goede toom biggen.”

De voeding van de zeugen rond het werpen is ook van belang. Tot werpen krijgen ze een keer per dag hun voer. Na werpen voert hij de voergift de eerste drie tot vier dagen rustig op en daarna wat sneller. Op dag 10 zitten ze op hun top en krijgen ze 7,5 tot 8 kilo FG Content Lacto Extra per dag. Bert let er heel goed op dat de zeugen hun voer opvreten. Laten ze het even staan, dan schept hij de bak direct leeg en zet de voergift wat terug. “De zeugen moeten altijd vers voer kunnen vreten en schoon water kunnen drinken, anders gaat het niet.”

Door alle aandacht voor de voeding van de zeugen is de melkproductie optimaal. Melk bijvoeren aan de biggen is dan ook niet nodig. Wel krijgen de biggen vanaf dag vijf tot zes kruimel speciaal voor jonge biggen. De eerste vier tot vijf dagen komt daar nog extra voeding met een hoge concentratie melkpoeder doorheen. De laatste 10 dagen voor spenen krijgen ze FG Sani Speenkorrel. Dat krijgen ze ook de eerste acht dagen na spenen.

Belangrijk is volgens Bert veel aandacht voor de biggen bij het werpen. Hij zorgt dat de dichte vloeren zijn ingestrooid met poeder en strooit nog wat extra over de biggen direct na de geboorte, zodat ze snel opdrogen. Biggen die het nodig hebben krijgen een extra energieshot. Voor een goede biestopname bij grote tomen (14 tot 20 biggen) laat hij de eerste uren alleen de kleinste 10 tot 12 biggen drinken. Pas na 2 tot 3 uur krijgende de grotere/sterkere biggen biest. Dit doet hij twee keer per dag. Verder zet hij de zwaarste biggen even apart zodat alle biggen genoeg biest krijgen.

Door op deze wijze heel gericht de arbeid alleen daar in te zetten waar het er echt toe doet kun je volgens Bert veel goede biggen spenen. Tot het moment van de bedrijfsuitbreiding van 350 naar 650 zeugen verzorgde hij de zeugen nog alleen. Hij speende daarbij zonder gebruik te maken va pleegzeugen of rescue-decks gemiddeld 13,06 goede kwaliteitsbiggen bij de eigen zeug.

Lees meer over Bert Cuppen bij bedrijf in beeld.