Hogere+groei+realiseren+bij+biggen+met+slingerziektevaccin
Achtergrond
© Studio Van Assendelft

Hogere groei realiseren bij biggen met slingerziektevaccin

Als biggen al in het kraamhok een vaccin tegen slingerziekte krijgen, dan is er na het spenen minder noodzaak tot de inzet van veilige voeders. De vaccinatie voorkomt slingerziekte, waardoor de biggen met standaardvoer harder kunnen groeien. Dit stelt varkensdierenarts Sjouke van Poucke van SYN+ op basis van een veldonderzoek met duizend gespeende biggen.

Slingerziekte kan zorgen voor een hoge uitval en verminderde groei bij gespeende biggen, en soms ook bij vleesvarkens. Om slingerziekte voor te blijven, krijgen de gespeende biggen vaak wekenlang veilige voeders met een lager ruw eiwitgehalte en goed verteerbare eiwitbronnen. Dit voorkomt dat er te veel onverteerd eiwit in de dikke darm terechtkomt, waardoor de coli-bacteriën die slingerziekte kunnen veroorzaken niet de overhand krijgen.

Een andere optie is het vaccineren van de biggen tegen slingerziekte. Kunnen de gevaccineerde gespeende biggen dan tijdens de opfok volstaan met een standaardvoer? Dat is de vraag die onder veldomstandigheden op de proef is genomen door de varkensdierenartsen van SYN+.

Wat is het verschil tussen slingerziekte en speendiarree?

'Het gaat in beide gevallen om een coli-bacterie, maar wel om andere types. Bij speendiarree zorgen de gifstoffen die de bacterie produceert voor een verstoring van de elektrolytenbalans, en daarmee voor diarree. Bij slingerziekte zorgt de gifstof verotoxine (of shigatoxine) indirect voor problemen door het veroorzaken van schade aan de vaatwanden.'

Verotoxineproducerende coli-bacterie is op driekwart van de bedrijven aanwezig

Sjouke van Poucke, varkensdierenarts bij SYN+

Wat doet verotoxine in de big?

'Bij klinische of acute slingerziekte beschadigt verotoxine de bloedvaten op grote schaal. Je ziet dan biggen met oedeem door het uittredende vocht. Slingerziekte heet daarom ook wel oedeemziekte. Het kan ook sterfte zonder oedeem veroorzaken. Vaak van de betere biggen.'

'Ook kan verotoxine hersenverschijnselen veroorzaken, waarbij biggen fietsbewegingen maken of een slingerende gang vertonen. Slingerziekte is pas na het spenen een probleem, omdat de bacterie die de ziekte veroorzaakt pas vanaf de vierde of vijfde levensweek aan de darmwand van de big kan hechten met de zogeheten aanhechtingsfactor F18.'

'Soms is de aantasting door verotoxine niet zo ernstig en spreken we van subklinische slingerziekte. Dit leidt vaak tot verminderde groei en een slechtere voerconversie.'

Lijkt het op streptokokken?

'De verschijnselen van streptokokken en slingerziekte zijn vergelijkbaar. Op bedrijven die kampten met streptokokken en dit ondanks vaccineren niet goed onder de knie kregen, hebben we daarom de gespeende biggen met de Hipra VeroCheck getest. Daaruit bleek dat er ook slingerziekte aanwezig was.'

'Door de biggen met Vepured te vaccineren, kregen de zeugenhouders de uitval wel onder controle. Bij twijfel over de oorzaak van uitval na het spenen kan het dus geen kwaad om te checken of onderhuids niet ook slingerziekte een rol speelt.'

Kun je slingerziekte voorkomen?

'Dat kan door de biggen te vaccineren. Bedrijven die klinische problemen hebben met hoge uitval vaccineren bijna altijd tegen slingerziekte. Uit onderzoek met behulp van de VeroCheck blijkt dat de ziekteverwekker op driekwart van bedrijven aanwezig is. Veel bedrijven gebruiken dan ook standaard na het spenen wekenlang veilige voeders om problemen door slingerziekte te voorkomen.'

Wat heeft u onderzocht?

'Met veilige voeders behalen biggen niet hun maximale groeicapaciteit. In ons onderzoek zijn we zijn nagegaan of je door te vaccineren tegen subklinische slingerziekte standaardvoeders kunt inzetten. Dat zou tot een hogere groei en een betere voerconversie moeten leiden.'

'Een groep van duizend biggen van dezelfde herkomst werd op 24 dagen gespeend. De helft kreeg na het spenen veilig voer en werd niet gevaccineerd. De andere helft kreeg in het kraamhok het vaccin Vepured en kreeg na het spenen standaardvoer met een hoger ruw eiwitgehalte. De biggen lagen om en om in hokken met gevaccineerde en niet-gevaccineerde biggen om een afdelingseffect uit te sluiten. De dieren zijn tijdens de gehele opfokperiode en als vleesvarken gevolgd.'

Wat was het effect in de opfok?

'De veilige voeders werden in de eerste 42 dagen ingezet. Daarna kregen alle biggen hetzelfde voer. Tijdens de eerste zeven weken van de opfok was er duidelijk verschil in groei. De gevaccineerde biggen die het standaardvoer met hoger ruw eiwitgehalte kregen, groeiden sneller. De gevaccineerde geltjes wogen na 47 dagen 30,4 kilo en de niet-gevaccineerde geltjes op veilig voer 29,1 kilo. De gevaccineerde beertjes wogen 29,2 kilo en de niet-gevaccineerde beertjes 28,3 kilo.'

'In de weken daarna, totdat de biggen naar de vleesvarkensstal gingen, werd dit verschil kleiner. De gevaccineerde biggen wogen 38,2 kilo en de controlebiggen 37,6 kilo. Waarschijnlijk komt dit door een hoge hokbezetting, waardoor er te weinig vreetruimte was.'

En bij de vleesvarkens?

'Bij opleg was er tussen de twee groepen biggen nauwelijks verschil. Aan het eind van de vleesvarkensperiode waren de varkens die als big gevaccineerd werden en standaardvoer kregen 3 kilo zwaarder dan de niet-gevaccineerde biggen die veilig voer kregen in de eerste 42 dagen. De gevaccineerde varkens wogen 123,6 kilo, de niet-gevaccineerde varkens 120,6 kilo.'

'De gevaccineerde varkens waren ook uniformer. Bij de slachterij werd echter niet uitbetaald op uniformiteit of vleeskwaliteit, waardoor alleen het hogere gewicht niet voldoende heeft opgeleverd om de vaccinatiekosten te vergoeden. Wel waren er nog andere voordelen.'

Op welke voordelen doelt u dan?

'Het blijkt dat de gevaccineerde biggen niet of nauwelijks last hadden van oortopnecrose. Bij de niet-gevaccineerde biggen was de score voor oortopnecrose significant hoger. Slingerziekte lijkt daarmee een van de oorzaken te zijn van het Swine Inflammation Necrotic Syndrome (Sins), waarbij de uiteinden van het dier (oorpuntjes, klauwen of staart) worden aangetast.'

'Voor de toekomst is dit belangrijke informatie. Om varkens met een krulstaart te kunnen houden, wil je factororen die kunnen bijdragen aan Sins zoveel mogelijk uitsluiten. Dit is namelijk vaak aanleiding tot staartbijten en schade aan de staart.'

Sjouke van Poucke, varkensdierenarts bij SYN+
Sjouke van Poucke, varkensdierenarts bij SYN+ © Studio Van Assendelft

Sjouke van Poucke
Sjouke van Poucke woont in Oost-Vlaanderen en is actief in België en Noord-Frankrijk. Tijdens haar studie aan Universiteit Gent werd ze opgeleid tot dierenarts herkauwer, waarna ze promotieonderzoek deed naar de bindingsfactoren van een pandemische vorm van influenza bij vogels, mensen en varkens. In de jaren daarna volgde ze de opleiding tot gecertificeerd varkensdierenarts. Na bij enkele farmaceutische bedrijven gewerkt te hebben, kwam ze in dienst bij dierenartspraktijk Provet. Eind 2021 heeft ze SYN+ opgericht, met als doel verbinding te leggen tussen schakels in de varkens- en pluimveesector. Dit doet ze onder meer door dierenartspraktijken en varkenshouders met praktijkonderzoek te ondersteunen bij de gezondheidszorg.

Stelling

Loading

Weer

  • Maandag
    9° / 2°
    40 %
  • Dinsdag
    7° / 3°
    45 %
  • Woensdag
    6° / 2°
    80 %
Meer weer