Onrust over Brabants akkoord

In Brabant is onrust ontstaan over het akkoord dat de 'maatschappelijke partners' vorige week sloten over de toekomst van de veehouderij in de provincie. Direct na het bekend worden van de afspraken bleek al dat de verschillende betrokken partijen de afspraken op hun eigen wijze interpreteren. Dat zorgde meteen voor wrijving tussen de vertegenwoordigers van de verschillende belangorganisaties die direct of indirect betrokken zijn.

Bij de onderhandelingen zaten de ZLTO, de Brabantse Milieufederatie, de Provinciale Raad Gezondheid, GGD’s, een vertegenwoordiging van Brabantse gemeenten vanuit de provinciebrede stuurgroep Dynamisch platteland en Gedeputeerde Staten aan tafel. Aan de vooravond van besluitvorming door de provincie op 7 februari over de toekomst van de veehouderij, kwamen zij overeen hoe zij ervoor gaan zorgen dat overbelasting wordt aangepakt. Kort gezegd komen de afspraken neer op het maken van een plan van aanpak voor urgentiegebieden. Dat zijn gebieden waar geurhinder, de hoeveelheid fijn stof en de beleefde kwaliteit van de woonomgeving een probleem is. De aanpak moet ertoe leiden dat er in een urgentiegebied geen ontwikkeling meer plaatsvindt, tenzij die bijdraagt aan het verminderen van de overlast.

De urgentiegebieden worden rond de zomer formeel bekend gemaakt. Tot die tijd zijn ontwikkelingen in 'overbelaste gebieden' niet toegestaan, tenzij een ander bedrijf in datzelfde gebied stopt. De gemeente fungeert hierbij als marktmeester. Deze aanpak moet uiteindelijk vor zorgen dat er in 2020 in Brabant geen overbelaste gebieden meer zijn.

Meteen na het sluiten van het akoord bleek dat partijen toch niet zo eensgezind zijn over de aanpak als het akkoord doet vermoeden. Het Brabants Dagblad berichtte afgelopen vrijdag meteen al over wrevel bij de BMF naar aanleiding van uitlatingen van ZLTO over de interpretatie van de afspraken. Ook in het praatprogramma Onder Ons van Omroep Brabant waren vertegenwoordiges van beie organisaties het niet eens over de interpretatie van de gemaakte afspraken.

Ook de Nederlandse Vakbond Varkenshouders liet zich kritisch uit over het akkoord. De vakbond wees in een uitgebreide brief met bijlagen op de gevolgen van de afspraken. Volgens de NVV is de retail de grote afwezige in dit hele prces, terwijl in het Verbond van Den Bosch duidelijke afspraken zijn gemaakt over de rol van de retail bij het verduurzamen van de veehouderij. Bijvoorbeeld op de bovenwettelijke inspanningen die veel veehouders nu al doen binnen specifieke marktconcepten. Zij worden daarvoor nu vanuit de markt gecompenseerd, maar dat wordt volgens de NVV met dit generieke provinciale beleid teniet gedaan. De NVV benadrukt dat zij zich tegen de invoering van elke regeling die geen economisch verdienmodel voor de varkenshouder bevat zal verzetten, met alle daarvoor ter beschikking staande middelen. De vakbond heeft de provincie gevraagd de transitie in te zetten op dezelfde wijze als het Duitse systeem 'Intensive Tierwohl', waarbij de retail nadrukkelijk betrokken is bij het realiseren van verduurzaming.

Lees ook

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    11° / 2°
    50 %
  • Zaterdag
    17° / 5°
    70 %
Meer weer