Brijvoer concentreren is optie bij lage vleesprijzen

Iedere varkenshouder heeft momenteel te maken met de sterk gestegen grondstofprijzen. De tarweprijs ligt begin 2021 met 230 euro zo'n 35 euro per ton hoger dan begin vorig jaar. Mais is ook ongeveer 45 euro per ton duurder dan een jaar geleden. En de eiwitbron soja startte begin dit jaar zelfs 150 euro per ton hoger dan begin 2020, toen 'slechts' 330 euro per ton hoefde te worden betaald.

Reden van die prijsstijgingen zijn met name de lagere voorraden wereldwijd. Een ruimere oogst in 2021 (juli/augustus) kan volgens Rutten en Altena een gunstig effect hebben op de grondstofprijzen.

Met de prijsstijgingen van droge grondstoffen zijn ook de prijzen van natte bijproducten toegenomen. Tussen hetzelfde brijvoerrantsoen voor vleesvarkens in augustus 2020 en januari 2021 zit bijna 4 euro per 100 kilo verschil (16 procent). Bij het voorbeeldbedrijf stegen de voerkosten van 57 cent per kilo groei naar 66 cent. Over heel 2020 waren de gemiddelde voerkosten bij brijvoerbedrijven volgens Agrovision 60,8 cent per kilo groei.

Draaien aan knoppen

Om het bedrijfsresultaat gunstig te beïnvloeden, kun je volgens Altena aan verschillende knoppen draaien. 'Afgelopen twee jaar was focus op groei uitermate interessant, omdat de opbrengstprijzen hoog waren. Kilo's produceren was relevant, want elke 25 gram groei erbij leverde al snel ruim 2 euro extra op. Op dit moment levert dezelfde groeistijging slechts 0,65 euro per afgeleverd varken extra op', zegt hij tijdens het Voergroep Zuid-webinar.

De waarde van de voerconversie (VC) hangt af van de hoogte van de mengselprijs. In de huidige markt met hogere mengselprijzen levert een verlaging van de VC met 0,05 euro ongeveer 1,40 euro per afgeleverd varken op. De mengselprijs met 0,50 euro verlagen, levert 1,20 euro per afgeleverd varken op. 'Voerconversie en mengselprijs zijn dus de knoppen waar vleesvarkenshouders nu het beste aan kunnen draaien', concludeert Altena. 'Groei is iets minder interessant dan de afgelopen jaren', vult Rutten aan.

Drukken voerconversie

Het drukken van de VC is mogelijk door de energiewaarde (EW) van het brijvoerrantsoen te verhogen van bijvoorbeeld 1,12 EW naar 1,20 EW. 'Met een hogere EW van het brijvoerpakket is 16 kilo voer per varken te besparen bij gelijkblijvende groei', stelt Rutten. Daarnaast is met geconcentreerdere voeders de jeugdgroei volgens hem ook nog beter te benutten.

Om maximaal te kunnen profiteren van geconcentreerder brijvoer is het belangrijk aan een aantal voorwaarden te voldoen. 'Het opleggen van gezonde varkens is nodig om ook een optimale vertering van de meer geconcentreerde voeders te bewerkstelligen. De voerinstallatie moet feilloos en nauwkeurig voeren, voerhygiëne dient op orde te zijn en de doorloopsnelheid van bijproducten moet hoog genoeg zijn', benadrukt Rutten. 'Anders kan een deel van de voederwaarde verdampen.'

Tweede finishmengsel

Bij hoge aflevergewichten van met name borgen kan de inzet van een tweede finishmengsel extra rendement opleveren. De behoefte aan aminozuren bij die dieren is lager en hierdoor kan het rantsoen net iets goedkoper worden. 'Dat kan door een finish 2-mengsel aan te maken met het bestaande aanvullende finishvoer. Wel moet de installatie hier geschikt voor zijn en moet de extra tijd voor een tweede finishmengsel beschikbaar zijn', licht Rutten toe.

'Doordat de totale hoeveelheid brij in vier in plaats van drie porties wordt opgedeeld, is het belangrijk te controleren of de leidingen nog steeds voldoende kunnen worden gespoeld', vervolgt de Voergroep Zuid-accountmanager. 'Verder moet deze extra hoeveelheid spoelvloeistof kunnen worden verwerkt in de mengsels.'

Niet alleen de prijs

Het goedkoper maken van het rantsoen door te kiezen voor alternatieve grondstoffen puur op basis van prijzen per 100 kilo, raden de twee medewerkers van Voergroep Zuid af. 'Op basis van optimalisaties wordt verdergekeken dan alleen EW of darmverteerbare lysine. Het is altijd een samenspel tussen enerzijds kostprijs per 100 kilo en anderzijds de nutriënten van de alternatieve grondstoffen', meldt Rutten.

'En zorg dat je altijd grip houdt op de darmgezondheid van de varkens bij wisselende samenstellingen. Wat wel en niet kan worden toegepast, is een kwestie van ervaring. Een varkensbedrijf is geen proefbedrijf, er moet rendement worden gedraaid. Dat doen wij samen met en voor de boer', besluit Rutten.