Hoe voer efficiënt benutten?

Dat temperaturen van 30 graden Celsius in Nederland voor het gevoel anders zijn dan vergelijkbare of hogere temperaturen in Italië heb ik ondanks ook ervaren. In Nederland is de luchtvochtigheid hoger en hierdoor ervaren wij het vaak als benauwd weer.
Dat de hoge temperaturen van invloed kunnen zijn op de uiteindelijke prestaties van de dieren, daar zal iedereen het wel over eens zijn. Zo zien we bij de vleesvarkens vaak na de zomer bij de verschillende managementsystemen een groeiverlaging van 20 à 30 gram.

Zeugen
Hoge temperaturen in de kraamstal hebben een behoorlijk negatief effect op de voeropname van de zeugen. Uit een proef met lacterende zeugen blijkt dat de voeropname 2,8 kg per dag daalt als de zeugen gehuisvest worden bij 29 graden Celsius ten opzichte van 20 graden. De zeugen produceren minder melk en de biggen zullen hierdoor meer voer opnemen in de kraamstal. Dit compenseert echter niet voldoende voor de lagere melkopname (door verminderde melkproductie van de zeugen). Het gevolg is dat de biggen toch met een lager gewicht gespeend worden.

Vleesvarkens
Maar hoe kan het toch dat blijkbaar de verschillen in de resultaten na de zomer zo sterk uiteen lopen? Nou, enkele voer gerelateerde verklaringen kan ik wel bedenken.
Bij de vleesvarkens is het belangrijk dat je alert blijft of de dieren voldoende kilo’s start- en tussenvoer hebben opgenomen. Zeker bij de computergestuurde bedrijven gaat het hier nog wel eens mis. Deze bedrijven schakelen vaak op basis van dagen en niet op werkelijk opgenomen kilo’s start- en tussenvoer.
Vooral met warm weer is het uitermate belangrijk om het aantal ziektekiemen ( infectiedruk) zo laag mogelijk te houden. Als je alleen met water de afdelingen zuiverspuit, dan is het aantal kiemen vaak nog 20.000/cm2. Na ontvetten en ontsmetten is dit < 500/ cm2. Hoge injectiedruk zal nadelig zijn voor de voerefficiëntie!

Brijvoer
Bij brijvoer bedrijven geldt bovenstaande ook, echter deze bedrijven kunnen de rantsoenen vaak inhoudelijk eenvoudig wat luxer maken. Wat men nog wel eens uit het oog verliest is de controle en borging van de kwaliteit van de natte bijproducten. Hogere eiwitgehaltes in de bijproducten kunnen ook duiden op rotting (> Ruw eiwit = N percentage x 6,25). Soms liggen de fabrieken waar de bijproducten vandaan komen, tijdelijk stil in de zomer en komen de producten uit de opslag. Hierdoor kan er sprake zijn van een afwijkende nutriëntwaarde nadat de fabriek weer is opgestart.

Voeropname
Lichte biggen hebben een hoger e voeropname direct na spenen, maar zwaardere dieren compenseren dit vanaf dag 5 – 6 na spenen en behouden vervolgens een hogere opname gedurende de opfokperiode . Schakel dus niet te vroeg over van het groeikorrel naar de big- of startkorrel.

Op de agenda
Bij de zeugen is het van groot belang dat er gebruik wordt gemaakt van een speciaaltje om het extra vitamine- en mineralenverlies te beperken . Als voerleveranciers mogen wij de premixen echter niet verhogen omdat we gebonden zijn aan wettelijke toelaatbare gehaltes van sommige vitamines en mineralen. Deze wettelijke beperking zou voor mijn gevoel in de brancheorganisatie best weer eens op de agenda mogen. Een topsporter zal bij extreme temperaturen ook extra vitamines en mineralen verliezen en deze zal hij toch ook met voeding preventief en curatief toegediend krijgen.
De slogan ‘Voorkomen is beter dan genezen’ spreekt voor zich.

Ronald Tibbe
Verkoopleider De Heus Voeders
 

Lees ook

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Maandag
    20° / 11°
    45 %
  • Dinsdag
    23° / 11°
    20 %
  • Woensdag
    19° / 14°
    95 %
Meer weer