
'Rwanda stapje verder helpen'
Rwanda heb ik in mei bezocht om een lokaal bedrijf te helpen om kunstmatige inseminatie (ki) en verspreiding van goede varkensgenetica op te bouwen. Een totaal andere ervaring dan ik normaal in China opdoe.
Rwanda is een klein land in Zuidoost-Afrika, 60 procent wat betreft oppervlakte van Nederland en 14 miljoen inwoners. Het land van de duizend heuvels heeft een heftige geschiedenis. In 1994 zijn daar door botsingen tussen twee bevolkingsgroepen ten minste 500.000 mensen vermoord (genocide). Na afloop zijn het vooral de vrouwen die het land weer hebben opgebouwd.
De varkenshouderij in Rwanda is vanuit het verleden erg beperkt. Omdat de bevolking christelijk is en varkensvlees fors duurder is dan rund- of pluimveevlees, is er grote interesse om de varkenshouderij een push te geven. De overheid heeft daarvoor vier varkensbedrijven geholpen met de import van Belgische fokvarkens en het opzetten van ki. Rwanda was in het verre verleden een kolonie van België.
De vier kleine ki-stations leveren goed verpakt sperma aan een centraal punt. Vandaar wordt het sperma met drones naar de varkensbedrijven gebracht die het hebben besteld. Dit is een efficiënte en moderne opzet, zeker in een land met meer dan duizend heuvels en lokale wegen op het platteland die moeilijk berijdbaar zijn met een gewone auto.
De varkensbedrijven zijn meestal klein en vergelijkbaar met de gemengde bedrijven die we in Noord-Brabant en Gelderland in de jaren dertig kenden. Wat grond voor gewassen op de terrasvormig aangelegde akkers, kippen, soms een koe of één of twee zeugen.
Omdat minder dan 60 procent van de bevolking van landbouw leeft, is het een belangrijke zaak om deze kleine boeren stap voor stap verder te helpen. Er is geen overheid, zoals in China, die alleen grootschalige bedrijven met duizenden zeugen stimuleert, maar een overheid die lokale boeren helpt om zich verder te ontwikkelen. Deels via coöperaties, vaak geleid door vrouwen, deels door producentenorganisaties die geleidelijk aan belang winnen.
Belangrijk daarbij is dat de boeren zelf worden gehoord en aangeven waar hun problemen zitten: individueel of als groep via sociale media en op de lokale tv vertellen wat ze doen en nodig hebben. Zoals ook in Europa zijn de boeren trots als hun enige zeug twaalf gezonde biggen werpt en stellen ze alles in het werk om deze biggen gezond groot te brengen. Generaties lang is het ook hier de boer die voort ploegt en dagelijks zorgt dat ieder in het gezin en de omgeving te eten heeft.
Een bijzondere ervaring, maar ook een goed voorbeeld van hoe in sommige Afrikaanse landen de voedselvoorziening geleidelijk aan verbetert en zo in alle lokale behoeften kan voorzien. Op tv zien we vaak alleen de problemen zoals bij conflicten, politieke onrust of hongersnood. Helaas zien we weinig van het echte leven in die landen en hoe de gewone man/vrouw/boer in het leven staat.
Jan Merks
Onafhankelijk adviseur in China
Bekijk meer over:
Lees ook
Meest gelezen
Blogs




Bedrijf in Beeld
Partners
Stelling
Nieuws van NieuweOogst.nl
