Vleesvarkens verleiden en voeden met snijmais
Ingekuilde snijmais is meer dan voer voor rundvee. Het zure goedje kan dienen als afleidingsmateriaal en hulpmiddel tijdens het controleren van de vleesvarkens. Zeer fijngehakselde snijmais van eigen grond is ook een goed verteerbare ruwe celstofbron in het brijvoerrantsoen, ervaart handelshuis Schuttert.
Het verstrekken van een handjevol snijmais op de dichte vloer is interessant tijdens het controleren van de vleesvarkens. De dieren komen graag in de benen om het smakelijke gefermenteerde product te eten. En tegelijk krijgen de varkens met het zure goedje ruwe celstof en wat voederwaarde binnen. Dit is gezond voor de darmen, rustgevend en goed voor het dierenwelzijn. En het voordeel van dat afleidingsmateriaal boven het gebruik van stro is dat verstoppingen van de mestafvoer worden voorkomen. Dat waren in 2014 de conclusies van de onderzoekers van Wageningen Livestock Research na proeven bij het voormalige Varkens Innovatie Centrum Sterksel.
Handelshuis Schuttert in Ommen ging een stapje verder bij het verstrekken van snijmais aan de vleesvarkens. De varkens hebben naast de vloeibare en droge grondstoffen ook voldoende ruwe celstof in het brijvoerrantsoen nodig voor een ideale vertering en hoge groei. Normaal wordt een structuurgrondstof of mix daarvan toegevoegd, zoals haver- en speltdoppen. Waarom zou een structuurbron niet van eigen grond kunnen worden gehaald, meldt Schuttert in het eigen magazine van juli.
Op 3 millimeter hakselen
De varkenshandelaar met diverse varkenslocaties liet een deel van zijn mais op 3 millimeter hakselen en kuilde die in onder een laag corn cob mix (ccm). Melkveehouders laten normaal gesproken snijmais hakselen op 6 tot 8 millimeter of meer om extra pensprikkeling te krijgen. De zeer fijn gehakselde snijmais werd samen met de ccm via een voormenger in het brijvoer van de vleesvarkens op de Drenthehoeve verwerkt. Technisch kon de voerinstallatie volgens Schuttert prima uit de voeten met het verwerken en doseren van deze structuurbron.
De ruwe celstof in de snijmais met 33,5 procent droge stof heeft een verteerbaarheid van 77 tot 80 procent, waar bijvoorbeeld haverdoppen meer ruwe celstof bevatten dat nauwelijks kan worden verteerd door het varken. Het gefermenteerde kuilproduct heeft een zuurgraad van 3,6 en bevat veel melkzuur dat goed is voor de darmgezondheid van het varken. Daarbij is voor dezelfde hoeveelheid ruwe celstof meer volume aan snijmais nodig, wat de verzadiging en stabilisatie van de darmen ten goede komt. Schuttert voert gemiddeld 55 gram snijmais per varken per dag.
De resultaten zijn volgens Schuttert prima, zijn vleesvarkens op die locatie groeien ruim 1 kilo per dag en de voederconversie is 2,31. Daarom is het winnen van ruwe celstof van eigen land een stap waaraan de handelaar de komende jaren verder wil doorwerken. Het benutten van snijmais was een soort voorproefje van het voeren van meer gewassen van eigen land.