Deelname+aan+stoppersregeling+vooral+bepaald+door+toekomstperspectief
Nieuws
© Twan Wiermans

Deelname aan stoppersregeling vooral bepaald door toekomstperspectief

De hoogte van het subsidiebedrag is een belangrijke factor om deel te nemen aan een stoppersregeling. Maar vooral bepalend zijn zekerheid over de herbestemming van de productielocatie en daarmee het toekomstperspectief. Dat blijkt uit de uitgebreide antwoorden van demissionair minister Carola Schouten van LNV op de Kamervragen over de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen.

Het krijgen van een antwoord op de herbestemming van een locatie kost veel tijd. Vandaar dat in de nieuwe Landelijke beëindigingsregeling veehouderij (Lbv) ook meer tijd wordt ingeruimd om tot een beslissing te kunnen komen. Zes maanden, om precies te zijn.

Schouten verwacht dat er voldoende veehouders zijn die deel willen nemen aan de Lbv. Net als in de varkenshouderij zijn er in de melkvee- en pluimveehouderij ondernemers die, om zeer uitlopende redenen, geen toekomstperspectief zien voor hun bedrijf.

Redenen om te stoppen

Ter voorbereiding op de Lbv heeft Schouten, net als destijds bij de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv), onderzoek laten uitvoeren naar de beweegredenen van ondernemers om te stoppen. De meest genoemde zijn de eigen leeftijd, de zwaarte van het werk (beide vaak in combinatie met het ontbreken van een bedrijfsopvolger), geen of beperkte mogelijkheden tot verduurzaming en bedrijfsontwikkeling, ongunstige marktperspectieven en een slechte financiële situatie. Denk bij het laatste aan schuldenlast en te lage marges.

Uit de Kamerbrief blijkt nogmaals dat de Srv was bedoeld om geuroverlast naar de omgeving te beperken en niet om emissieruimte vrij te krijgen. Toen de Srv werd opgestart was nog niet bekend dat de PAS-meldingen niet rechtsgeldig bleken, dus was er ook geen urgentie om emissieruimte te krijgen.

Het is ook niet precies bekend hoeveel varkens er minder zijn door de opkoop via Srv. Er verdwijnen 580.4877 varkenseenheden. Maar voor een vleesvarken is bijvoorbeeld één varkenseenheid nodig, terwijl voor een big tot 25 kilo 0,36 varkenseenheid volstaat. En voor een zeug met biggen zijn 2,74 varkenseenheden nodig.

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Vrijdag
    14° / 7°
    70 %
  • Zaterdag
    15° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 5°
    20 %
Meer weer