Van 100 naar 20 procent opname na spenen

Direct na het spenen daalt de energie-opname van biggen van 100 naar 20 procent. Dat grote gat moet je zien te beperken, vindt nutritionist Rinus Veldhorst van De Heus. “Dat lukt alleen met voer dat je speciaal voor jonge biggen maakt.

De groei van de gespeende biggen vertoont de afgelopen jaren een dalende lijn. Inmiddels ligt het nog maar net boven de 300 gram per dag. Terwijl onderzoeken aantonen dat met speciale voeders een groei tot 500 gram per dag haalbaar is. Veldhorst liet dat zien tijdens zijn presentatie bij de opening van het nieuwe zeugenbedrijf van Dries Beck en Ilse Vanthillo in Meer (België).

De terugval in voeropname na spenen is niet helemaal te voorkomen. Biggen hebben stress doordat de zeugenmelk wegvalt en ze meestal van omgeving wisselen. Daarnaast gaan ze van vele keren melk per dag naar de opname van vast voer. Zonder maatregelen daalt de energie-en eiwitopname naar 20 procent, de opname van ruw vet en lactose daalt nog veel forser.

Om deze opnamedip te beperken is een goed management rondom het spenen nodig: wennen aan vast voer voor spenen, extra bijvoeren na spenen. En vervolgens moet je volgens Veldhorst speciaal voer maken voor gespeende biggen. Dat specifieke voer heeft een aantal kenmerken. Zachte korrels stimuleren de opname, net als een zoetzure smaak. Omdat biggen weinig eten is het belangrijk dat ieder korreltje eenzelfde samenstelling heeft. De Heus besteedt veel extra aandacht aan de kwaliteit van de grondstoffen, het schonen en het maalproces. Eiwit malen ze hyperfijn voor een betere vertering, terwijl ze een deel van de grondstoffen grover malen voor een betere darmgezondheid.

De speciale biggenvoeders kunnen een flink voordeel opleveren. Praktijkproeven laten zien dat de voeropname stijgt en de voederconversie verbetert. Er zijn minder behandelingen nodig en de uitval daalt. Resultaat is een economisch voordeel van 1,10 euro per big.