Goed jaar voor zeugenhouders

Zeugenhouders hebben in 2013 een financieel bovengemiddeld goed jaar gedraaid. De voerwinst is bijna 30 procent hoger dan het langjarig gemiddelde. Dit blijkt uit een analyse van account- en adviesorganisatie Accon avm. Ondanks het slechte eerste kwartaal pakt ook de voerwinst voor vleesvarkenshouderijen redelijk uit.

Met de lage voerwinsten in het eerste kwartaal dit jaar, leek de positieve verwachting die Accon avm had voor dit jaar in gevaar te komen. In het eerste kwartaal daalde de voerwinst van vleesvarkenshouderijen met maar liefst 36 procent naar het laagste niveau in vier jaar. Ook bij de zeugenhouderij daalde de voerwinst met 12,2 procent. Maar het herstel trad in. Patrick Janssen, agrarisch adviseur bij Accon avm: ‘Sinds maart zijn de voerprijzen licht aan het dalen, waardoor er over het gehele jaar toch een bovengemiddelde voerwinst is behaald.’

Zeugenhouderij
De prognose over 2013 van de voerwinst voor zeugen is €610,00 exclusief btw, met een gemiddelde opbrengstprijs van €45,00 per big. Hiermee is de voerwinst 26 procent hoger dan het langjarig gemiddelde van €484,00. Janssen: ‘Ondanks de lichte daling, zijn de voerprijzen in 2013 nog steeds historisch hoog. Maar door de hoge biggenprijs wordt dit bij de zeugenhouderijen ruimschoots gecompenseerd.’

Vleesvarkenshouderij
De gemiddelde kiloprijs van een vleesvarken komt in 2013 uit op €1,57. De bigprijs van €45,00 en de voerkosten van €74,00 resulteren in een voerwinst van €78,00 exclusief btw. Ondanks het slechte eerste kwartaal ligt de voerwinst toch nog drie euro hoger dan het langjarig gemiddelde. Janssen: ‘De gemiddelde opbrengstprijs van de vleesvarkens is net voldoende om de voerkosten te kunnen dekken.’

Cyclische markt
Ondanks het bovengemiddelde jaar waarschuwt Patrick Janssen voor de cyclische aard van de markt: ‘Ik adviseer varkenshouders altijd om reserves op te bouwen waar in mindere tijden een beroep op kan worden gedaan. Om alle bedrijfskosten te dekken is het een must en een uitdaging om bovengemiddeld te blijven presteren.’