Fosfaatbehoefte vleesvarkens in 2012 in beeld

Wageningen UR doet momenteel onderzoek naar de fosfaatbenutting bij vleesvarkens. Door deze in kaart te brengen, kan beter ingespeeld worden op de fosforaanzet en -behoefte van vleesvarkens. Hierdoor kan de sector bijdragen aan de noodzakelijke vermindering van fosfaatuitstoot in de Nederlandse veehouderij.

Nieuwe P-waarden bij verschillende gewichten
De WUR kijkt in het onderzoek naar de fosforaanzet en -behoefte van vleesvarkens in verschillende gewichtstrajecten. De resultaten geven een actueel beeld van het (forfaitaire) fosforgehalte in vleesvarkens en tonen de relatie tussen opname en vastlegging van fosfor. Op basis van deze cijfers kunnen nieuwe behoeftenormen voor fosfor bij vleesvarkens worden bepaald.

Het is noodzakelijk de P-vastlegging bij de huidige varkens, in het bijzonder bij beren, te bepalen, want op dit moment is de retentie (vastlegging) in het dier nog gebaseerd op gegevens uit de jaren negentig. Groeicapaciteit, lichaamssamenstelling (vleespercentage) en voersamenstelling kunnen in de afgelopen decennia veranderd zijn en beren mesten was toen niet aan de orde.

Om de fosfaatuitscheiding te verlagen, moet de aanvoer van P in het voer worden verminderd. Voor de varkenshouder is het van belang dat dit niet ten koste gaat van de groei of het beenwerk van de varkens. Dit vraagt om uitgebreide kennis over de behoefte van de dieren en de relatie tussen fosforopname en vastlegging, waardoor de varkenshouder zijn voer hier goed op af kan stemmen.

Berekening fosfaatbenutting
In dit project krijgen zeugjes en beertjes van 25 tot 125 kg levend gewicht, voeders met een verteerbaar P-gehalte van 50, 70, 90, 110 of 130 procent van de berekende behoefte. Bij een gewicht van 50, 80 en 125 kg wordt een deel van de dieren geslacht.

In de drie gewichtstrajecten 25-50 kg, 50-80 kg en 80-125 kg wordt de groei, de karkasaanzet, de calcium- en fosforretentie en de botkwaliteit bepaald en gerelateerd aan de P-opname.

Met de informatie kunnen actuele adviezen gegeven worden voor het verteerbaar fosforgehalte in het voer en het forfaitaire P-gehalte in vleesvarkens bij slachten. Ook wordt duidelijk of hierbij onderscheid gemaakt moet worden tussen zeugen en beren. Als de uitkomsten van dit project hiertoe aanleiding geven worden voedernormen en forfaitaire gehalten aangepast.

Gezamenlijk onderzoek
De WUR voert het onderzoek uit in opdracht van het PVV, PDV en het ministerie van EL&I. De kosten bedragen € 270.000 die door de drie opdrachtgevers gelijk worden verdeeld. De resultaten worden in de loop van 2012 bekend gemaakt.