Berengeur gedaald naar circa 1 procent

Het aandeel beren dat bij slacht berengeur vertoont is de afgelopen jaren  flink gedaald. Begin 2015 lag het nog rond de 3 procent. Inmiddels is dat door met name de inspanningen door de fokkerij-organisaties gedaald naar rond de 1 procent, meldt Gé Backus van Connecting Agri&Food.

De daling van de berengeur blijkt uit de gegevens van 2.579 miljoen beren die onder het Beter Leven Keurmerk zijn geslacht in de periode januari 2015 tot september 2019. De berengeur is daarbij vastgesteld met de menselijke neus als detectiemethode, zoals dat in Nederland gebruikelijk is.

Stabiel laag aandeel

In 2015 waren er ook nog duidelijk meer schommelingen in het percentage beren met berengeur. Er zaten uitschieters tussen van 5 tot 7 procent beren met berengeur. Momenteel is dat niet meer het geval. Het aandeel beren met berengeur ligt al meer dan een jaar rond de 1 procent. Uitschieters komen niet meer boven de 1,5 procent uit.

Hoger slachtgewicht

De daling van het aandeel berengeur gaat samen met een stijging van het slachtgewicht. Begin 2015 wogen de beren gemiddeld nog zo’n 94 kilo, dit voorjaar lagen de gewichten rond de 97 kilo. Over de hele periode – januari 2015 tot september 2019 – wogen de beren gemiddeld 94,8 kilo bij slachten. Het vleespercentage was gemiddeld 59,8 procent.

Castreren overbodig

De daling van het aandeel berengeur gepaard gaande met de stijging van het slachtgewicht, laat wel zien dat gericht fokken op berengeur succesvol is. “Fokkerij-inspanningen helpen dan ook flink om te komen tot een varkensvleesproductieketen waarin het castreren van beren overbodig wordt”, stelt Backus.