Verschil in aanwas in 2014

Binnen de varkenshouderij is voerwinst een gangbaar begrip. Zowel banken, adviseurs en niet op de laatste plaats, de ondernemers zelf willen graag weten hoe ze ten opzichte van de sector draaien. En of in absolute zin de voerwinst hoog genoeg is om aan alle uitgaven te voldoen.

Punt van discussie is vaak de aanwas. Volgens De Dikke van Dale is aanwas niets meer dan toename. In iedere jaarrekening wordt een post aanwas berekend. Deze kan zowel negatief als positief zijn. De aanwas is dus niets anders dan de waardeverandering van de veestapel. Deze waardeverandering wordt enerzijds veroorzaakt door verschillen in het aantal aanwezige dieren en de dierleeftijden op de balansdatum, en anderzijds door verschillen in waarderingsbedragen per dier. In bedrijfseconomische termen praten we dus over een prijs- en een efficiencyverschil.

Het prijsverschil wordt door administratiekantoren in algemene zin berekend op basis van de landbouwnormen die uitgegeven worden door de belastingdienst. In deze landbouwnormen staan de bedragen die per zeug, vleesvarken en big naar rato van leeftijd moeten worden aangehouden.
Wat aanwas betreft, was 2014 een bijzonder jaar. Hieronder staat samengevat wat het prijsverschil is op basis van de landbouwnormen. Bij zeugen is een gemiddelde negatieve aanwas van 17,50 euro, bij biggen een min van 2,50 euro en bij vleesvarkens een gemiddelde negatieve aanwas van 5,50 euro.

De voorlopige cijfers uit de kengetallenspiegel laten echter een positieve aanwas zien van circa 10 euro bij zeugen en 2 euro bij vleesvarkens. Bij zeugen betekent dit een verschil tussen de landbouwnormen en de kengetallenspiegel van circa 40 euro puur in aanwas, ofwel 7 procent van de voerwinst. Bij vleesvarkens is dat 7,50 euro (ongeveer 10 procent van de voerwinst).

Het gaat niet zozeer om de laatste procent of over goed of fout. Het gaat met name om dat u als varkenshouder bij de analyse van uw voerwinst altijd ook goed naar de aanwas dient te kijken. In 2014 kunnen tegenvallende voerwinstcijfers veroorzaakt worden door een fors verschil in waardering volgens de diverse systemen.

Jan van der Heijden
Adviseur AEC Uden