Helft varkens in emissie-arme huisvesting

Het aantal varkens dat is gehuisvest in emissie-arme stallen is tussen 2008 en 2010 gestegen van 40 naar 50 procent. Dat blijkt uit een analyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek van de landbouwtellingen over 2010.

Tussen de diercategorieën onderling zijn er nog wel behoorlijke verschillen. De grootste winst werd geboekt bij de opfokzeugen en de vleesvarkens. Was in 2008 nog maar 39 procent van de dieren gehuisvest in emissie-arme huisvesting, in 2010 was dat 51 procent. Bij de gespeende biggen steeg het aandeel van 50 naar 59 procent en bij de zeugen van 43 naar 52 procent.

Uit de analyse van het CBS blijkt dat bijna 50 procent van de bedrijven met gespeende biggen en/of zeugen in 2010 uitsluitend beschikte over traditionele huisvesting. Bij de vleesvarkens lag dit aandeel zelfs op 65 procent. Het CBS concludeert ook dat ongeveer 2/3 van het aantal varkens op bedrijven met geheel of gedeeltelijke emissiearme huisvesting leeft.

Varkenshouderijen moesten aanvankelijk per 1 januari 2010 voldoen aan het Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij. Omdat veel varkenshouders hier niet aan konden voldoen, is de termijn onder voorwaarden opgerekt tot 1 januari 2013. De regelgeving betekent niet dat alle varkens emissie-arm gehuisvest moeten zijn.

Door gebruik te maken van interne saldering is het ook mogelijk binnen een bedrijf een deel van de dieren traditioneel te huisvesten met een hogere emissie. Voorwaarde is wel dat de emissie van een ander deel van de dieren deze hogere emissie compenseert en dat het bedrijf als totaal onder de maximale emissie per dierplaats blijft.

Hier vindt u de totale analyse van het CBS >>>
 

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Zaterdag
    10° / 4°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer