Denen controleren extra op zieke en gewonde varkens

Een van de belangrijkste taken van varkenshouders is om controle te hebben over de gezondheid en het welzijn van varkens. Dat geldt ook voor de goede zorg voor varkens die gewond zijn of tekenen van ziekte vertonen. Voor de V&V-controleurs is een goede omgang met varkens met navelbreuken een voornaam punt van controle op varkensbedrijven.

Een navelbreuk is een uitzakking van de buikinhoud door een holte ter hoogte van de navel. Dat komt zowel voor bij beren als bij gelten en ontstaat vaak na een ontsteking van de navel. De uitzakking bestaat meestal uit darmen, maar nogal eens kan er alleen een abces zitten met pus. Daarom bestempelt een slachterij dit soort aandoeningen als risicovol, omdat de slachtlijn kan worden bezoedeld en de voedselkwaliteit in het geding komt.

Dagelijkse controle

Bij de dagelijkse controle van varkens is het belangrijk ook te kijken of ze een uitstulping onder de buik krijgen. Wordt een uitstulping opgemerkt, dan moet dagelijks worden beoordeeld hoe groot de uitstulping is en of er zweren of complicaties ontstaan. Tijdig ingrijpen is noodzakelijk om zo'n aandoening niet te laten verergeren.

Een dier met een navelaandoening kan in het hok blijven als het zich normaal gedraagt en zich op een normale manier kan voortbewegen. De uitstulping moet kleiner zijn dan 15 centimeter – vergelijkbaar met een handbal - bij een vleesvarken dat slachtrijp is.

Tennisbal

Bij biggen van rond de 30 kilo is een breuk van kleiner dan 5 centimeter, vergelijkbaar met de omvang van een tennisbal, nog acceptabel. Zijn uitstulpingen groter, dan moeten de dieren naar een ziekenboeg. Om een varken met een navelaandoening toch naar een Deens slachthuis af te kunnen voeren, mag er geen enkele zweer op de uitstulping van maximaal 15 centimeter zitten.

Een varken met ernstige navelaandoening dient op het varkensbedrijf te worden geëuthanaseerd, tipt Seges.