Mag 't ietsje meer zijn?

Het borrelt en bruist in de Nederlandse samenleving. Klimaat en duurzaamheid krijgen alle aandacht. De media vervullen hun ‘agendasetting’-rol goed. De klimaatramp is op komst, de aarde warmt op en alleen met vergaande maatregelen kunnen we het tij nog keren.

Nu ben ik de laatste die zegt verstand te hebben van klimaat. Wél weet ik dat de temperatuur de laatste 10 jaar niet is gestegen. Vriend en vijand zouden het daarover eens moeten zijn. Hoewel degenen die een boterham verdienen aan de klimaatangst, er veel aan doen om de wereld in de waan te houden dat het wel warmer wordt.

Hebben wij daar als agri-foodsector boodschap aan? Wel degelijk, want producenten staan op de lijst van mede-veroorzakers van de CO2-uitstoot en global warming. Dat valt ook niet te ontkennen, want het geldt immers voor alles en iedereen die enige activiteit ontwikkelt. Daarmee is het dus een breed maatschappelijk issue en zodra daarvan sprake is zouden we ons allemaal probleemeigenaar moeten voelen.

Ik denk niet dat het zo ver komt. Want wat moet ‘de gemiddelde Nederlander’ met zo’n complex issue. Iets dat hém niet nu raakt, maar mogelijk pas vele generaties na hem. Ga dan je leven maar eens aanpassen, lees: minder prettig maken. Dat zien de meesten niet zitten.

Toch kan het welvarende Nederland zich met haar koopkrachtige inwoners permitteren aan te zetten tot minderconsumptie van voedingsmiddelen. We hebben immers alles ruim binnen handbereik en “het bezit van de saeck is het eind van het vermaeck”.

In de nog steeds actuele piramide van Maslow van levensbehoeften staat voeding als een basale behoefte. In Nederland is dat kwantitatief goed ingevuld. We kunnen het ons veroorloven ons druk te maken over productiemethodes, over milieu-effecten en over dierenwelzijn. Allemaal zaken die prima passen binnen het containerbegrip duurzaamheid.

De Nederlandse agri-foodsector investeert op allerlei manieren in duurzaamheid. Ze is als geen ander in staat om maatschappelijke signalen om te zetten naar nieuw beleid en activiteiten. Kijk alleen al naar het tempo waarmee het Beter Leven kenmerk van de Dierenbescherming voor varkenshouderij in praktijk is gebracht. VION maakt voor Albert Heijn varkensvlees met 1 ster. Afkomstig van 1 miljoen varkens per jaar, bij ruim 150 varkenshouders in ons Good Farming Star concept.

Bij 850 Albert Heijn supermarkten ligt dit varkensvlees in het schap. Varkensvlees dat door de maatschappij wordt geaccepteerd en waar consumenten voorkeur voor hebben. Dat is een prestatie die enkele jaren geleden voor onmogelijk werd gehouden. En toch is het gelukt. Omdat de klokken gelijk staan. Bij de overheid, bij de varkenshouder, bij VION, bij Albert Heijn en andere supermarkten, bij ngo’s en bij de consument. De keten is daarom rond. Met elkaar hebben we een goed verhaal.

Mag dat méér kosten? Als markt en maatschappij vragen om vlees met meerwaarde waar meerkosten tegenover staan, moet er worden afgerekend. Waarbij ieder zijn deel betaalt en krijgt. “Mag het ietsje meer zijn” was lang een vraag in de detailhandel. Geen klant die daarmee moeite had. Laten we zorgen dat die tijd terugkomt. Dan/dat verdienen we allemaal.

Marc van der Lee
Directeur Communicatgie VION

Lees ook

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Zaterdag
    17° / 5°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
  • Maandag
    17° / 7°
    20 %
Meer weer