Verwerpen in najaar complex

Op het gemiddelde zeugenbedrijf ligt het percentage herinseminaties al jarenlang rond de 8 procent, blijkt uit de kengetallenspiegel van Agrovision. In individuele gevallen is met name het verwerpen in het najaar wel een groot probleem.

Het fenomeen van najaarsverwerpen is volgens GD Deventer complexer dan wordt gedacht. Het grillige verloop van de buitentemperatuur is lang niet altijd de reden van verwerpen in het begin van de dracht. Zeugen vanaf de vierde dag na inseminatie in groepshuisvesting plaatsen, is ook één van de risicofactoren. Deze regelgeving in Nederland draagt bij aan het grotere aantal verwerpers op individuele zeugenbedrijven.

GD ervaart ook dat zeugenbedrijven, die overschakelen van individuele huisvesting naar groepshuisvesting, in de eerste ronde na de overschakeling vaak kampen met een lager drachtigheidspercentage. Ook constateert de gezondheidsdienst dat de meeste bedrijven die de laatste jaren zijn overgestapt op groepshuisvesting, werken met voerligboxen met uitloop en stabiele weekgroepen. GD-onderzoek uit 2008 wijst uit dat stabiele weekgroepen het risico op verwerpen in het najaar juist vergroot.

Momenteel onderzoekt GD ook nog de rol van prostaglandinen in verworpen vruchtvliezen als mogelijke reden van najaarsverwerpen.
 

Lees ook

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Zaterdag
    17° / 5°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
  • Maandag
    17° / 7°
    20 %
Meer weer