Toomgrootte beïnvloedt biestopname

Dat de biestopname van biggen afhankelijk is van de toomgrootte klinkt logisch. De beschikbare biest moet bij grotere tomen door meer biggen worden gedeeld. Onderzoek van zowel ForFarmers Hendrix als De Heus laten zien dat dit ook daadwerkelijk klopt.
In beide onderzoeken is bloed afgenomen bij biggen tussen de 1 en 5 dagen leeftijd. Per toom bij minimaal zes biggen. In het bloed is het gehalte Immunoglobine IgG bepaald, de belangrijkste antistof die de moeder via de biest meegeeft aan de biggen. De gemeten gehaltes zijn gecorrigeerd voor de leeftijd van de biggen. Oudere biggen zijn zwaarder, hebben meer bloed en de opgenomen IgG zijn dus meer verdund.
Conclusie van beide onderzoeken is dat het IgG-gehalte in het bloed 3-4 procent daalt bij iedere big extra in de toom.

Gewicht biggen
In het onderzoek van ForFarmers Hendrix zijn per toom twee kleine, twee zware en twee gemiddelde biggen onderzocht. Volgens dierenarts Rutger Jansen zijn de verschillen tussen deze categorieën zeer wisselend. “Maar ik heb sterk de indruk dat bedrijven die veel aandacht aan biestmanagement geven minder ondereind in de toom hebben. De spreiding in de gemeten IgG-gehalten is dan kleiner.”

Biestscan
Dat een lagere biestopname ook echt een verklaring is voor gezondheidsproblemen bij biggen in de eerste dagen na de geboorte onderbouwt dierenarts Godfried Groenland van De Heus Voeders met de resultaten van een biestscan. Groenland vergelijkt bij de scans het IgG-gehalte bij de biggen met dat in het bloed van de zeug. “Zo kun je goed de verhouding laten zien tussen de opname van de biest en de beschikbaarheid van de biest. Problemen met bijvoorbeeld diarree zijn dan vaak te koppelen aan lage IgG-gehaltes in het bloed van de biggen en op een duidelijk gebrekkige doorgifte van de biest.” De biestscans bevestigen ook de theorie dat het IgG-gehalte in het bloed van gelten duidelijk lager ligt dan bij oudereworpszeugen. Dat betekent echter niet automatisch dat het IgG-gehalte in het bloed van de bijbehorende biggen dan ook automatisch lager is. Bij een goede biestgift en een goede opname door de biggen, kan het IgG-gehalte in het bloed van de biggen dan zelfs bovengemiddeld zijn.

Lees meer:

• Nieuwe strategie in strijd om biest |  Magazine 11