Blog

'Waarom grondstofkwaliteit en voerstrategie samengaan'

Voeding Maarten Boerrigter 28 aug 2025 om 08:30uur

Terwijl in het zuiden van het land al een groot deel van de graanoogst binnen is, blijft het noorden van het land wat achter. Weersomstandigheden bepalen voor een deel wanneer het oogsten begint. Gelukkig zijn de eerste signalen wat betreft kwaliteit en opbrengst goed. Nutritioneel valt het niet tegen en ook de mycotoxineniveaus zijn grotendeels laag. Dat is goed nieuws, want om goed voer te kunnen maken, is de kwaliteit van de grondstoffen essentieel.

Een groot aandeel van ons varkensvoer bestaat uit granen vanwege hun hoge zetmeelgehalte. De kwaliteit van deze granen beïnvloedt direct de voederwaarde van de samenstelling en daarmee de gezondheid en prestaties van varkens.

Nieuweoogstgranen bevatten meestal meer vocht en de voedingswaarde is vaak minder stabiel. Om het effect op dierniveau te minimaliseren, kiezen wij bewust voor een geleidelijke overgang naar de nieuwe oogst. De eerste nieuwe granen komen binnen per vrachtwagen. Het aandeel nieuwe granen in de voeders is nu nog minimaal. Wanneer over een maand de scheepsladingen met de nieuwe graanoogsten binnenkomen, gaat dat aandeel vanzelf omhoog. Wij slaan daarnaast gerst en tarwe langer op, zodat wij biggen de granen van de oude oogst langer kunnen doorvoeren. Zo voorkomen wij het 'nieuweoogsteffect' bij jonge dieren.

Ons lab in het Gelderse Lochem is een belangrijke schakel in het productieproces van voer. Wij testen hier jaarlijks duizenden monsters. In 2024 zijn 6.700 grondstofmonsters en bijna 15.000 eindvoermonsters onderzocht. Om maar aan te geven hoeveel onderzoek wij doen naar de kwaliteit van grondstoffen en voeders. Er wordt op die manier gemonitord aan zowel de voor- als achterkant om de beste kwaliteit te kunnen garanderen. Hiermee zorgen we dat dieren de nutriënten binnenkrijgen die ze nodig hebben.

Maar behalve op grondstofkwaliteit kun je ook sturen met voerstrategie. Neem bijvoorbeeld de zeugen. Wij zien steeds vaker dat tweefasenvoedering zowel bij zeugen als biggen een positief effect heeft. Met de huidige genetica zeugen is dat inmiddels een voorwaarde om top te kunnen draaien.

Wij hebben via uitgebreide praktijkproeven nieuwe inzichten gekregen in tweefasenvoedering tijdens de dracht bij zeugen. De behoefte van moderne, hoogproductieve zeugen is anders dan in het verleden. Daarnaast zit er een verschil in behoefte tussen begin en einde van de dracht. Allemaal redenen waarom tweefasenvoedering veel extra's kan opleveren. Te veel informatie om hier allemaal te benoemen, maar zeker interessant om je eens in te verdiepen.

Maarten Boerrigter
Nutritionist ForFarmers