Runnen veehouderijbedrijf steeds ingewikkelder

'Dieren en het welzijn daarvan gaat iedereen aan het hart', stelt Hans Hopster, onderzoeker dierenwelzijn bij Wageningen Universiteit & Research, die zijn visie op dit thema gaf tijdens het jubileumsymposium van het Vertrouwensloket Welzijn Landbouwhuisdieren. Toch zitten daar verschillen in begrip tussen blijkt uit een enquête naar de blik op het dier. Zowel publiek, studenten, docenten, dierenartsen, veehandelaren en varkenshouders beoordelen het dierenwelzijn allemaal met minimaal een acht.

Prima zou je denken, maar dan zoom je op de verschillen in en dan blijkt het publiek gemiddeld net iets boven de acht te scoren. Studenten en docenten zitten een half punt hoger, maar het is opvallend dat veehandelaren en veehouders dierenwelzijn de hoogste scoren geven met ruim boven de negen. 'Het dierenwelzijn gaat handelaren en veehouders dus het meest aan het hart.'

Oneliners en oppervlakkig

Dierenwelzijn is echter een breed begrip en iedereen heeft hier een andere visie op. Discussie erover wordt vaak oppervlakkig en in oneliners gevoerd. Vaak gaat het over grootschalige veehouderij. 'Voor het welzijn van een varken maakt het niet uit of hij in een hok met soortgenoten zit op een klein of groot bedrijf', weet Hopster.

'Wellicht krijgt een individueel dier minder aandacht, maar technologie krijgt een grotere rol in het bewaken van het dierenwelzijn en de diergezondheid', stelt de onderzoeker. Bovendien toont onderzoek aan dat een groot bedrijf met personeel beter in staat is om de dieren professionele en gespecialiseerde zorg te bieden. Ze presteren ook beter dan gemiddeld.

Bewegend doel

De kijk op het dier en het dierenwelzijn is geleidelijk veranderd en dat blijft doorgaan. Elk dier heeft een status, ook al verschilt dat. Een mug is toch wel wat anders dan een olifant of een aap.

'Daar zal de sector op moeten anticiperen, want dieren hebben we nodig voor het benutten van gras of verwerken van reststromen van de levensmiddelenindustrie', benadrukt Hopster. 'Dierenwelzijn en wat we dieren gunnen, is een bewegend doel. Dat maakt het runnen van veehouderijbedrijf in deze maatschappij steeds ingewikkelder.'