Goede adaptatie gelten het belangrijkste

Zeugenhouders willen nog wel eens overstappen op eigen aanfok, of aankoop van jonge fokgelten. Waar ze echter het meeste energie in moeten steken is zorgen voor een goede adaptatie, zegt Felix Bruijnen, sales- en accountmanager bij Topigs Norsvin.

Bruijnen vertelde dit aan een groep studenten die in het kader van het SLO-tune (Samen Leren Ondernemen) project een vraag van een zeugenhouder gaan beantwoorden. Die zeugenhouder wil weten of eigen aanfok voordeliger is dan aankoop van gelten op dekrijpe leeftijd. De studenten zoeken nu precies uit hoe het kostenplaatje er uit gaat zien.

Ze gaan daarbij onder andere te rade bij Bruijnen als expert. Hij schetste de voor- en nadelen van eigen aanfok of bijvoorbeeld aankoop van geltjes op 10 weken leeftijd. Op de eerste plaats moet een zeugenhouder dan ergens op zijn bedrijf voldoende bruikbare ruimte over hebben. Ten tweede moet een zeugenhouder er aardigheid in hebben.

Vervolgens adviseert Bruijnen als eerste keuze de aankoop op 10 weken leeftijd, of op speenleeftijd. “Zelf aanfokken betekent ook dat je veel gegevens moet gaan bijhouden van de fokzeugen. En het is en blijft heel moeilijk om dezelfde erfelijke vooruitgang te halen als fokkers doen.”

Wat volgens Bruijnen op heel veel bedrijven in ieder geval beter kan is de quarantaineperiode. Die dient te bestaan uit een quarantaineperiode van zes weken en een cooling-down periode (adaptatie) van 6 weken. Gelten hebben vrijwel altijd een (flink) hogere en een andere gezondheidsstatus dan de zeugen van de vermeerderaar. De gelten moeten daarom kennis maken met de kiemen die op het vermeerderingsbedrijf aanwezig zijn. Liefst via contact met (de jongste) slachtzeugen. Bruijnen: “Bij deze gewenning zullen de gelten de kiemen gaan uitscheiden. Duurt een adaptatie te kort dan is de uitscheiding nog bezig en kunnen ze daardoor de zeugen op het bedrijf besmetten. Daardoor blijven ziekten in stand. Wordt aan de quarantaine en cooling-downperiode voldaan, dan kun je als vermeerderaar de gezondheidsstatus stabiel houden bij de zeugen. En de gelten zijn goed voorbereid en kunnen optimaal presteren.”