Biest in beeld bij bedrijf Gerner

De uitval in de kraamstal bij Marcel Gerner is te hoog, Hij is op zoek naar handvatten waarmee hij maatregelen kan nemen. Het liefst onderbouwd met cijfers. Hij duikt met Varkens in de biestvoorziening van de biggen.
Marcel Gerner in Mariënheem zag de uitval voor spenen langzaam oplopen tot wel 17 procent. “Het zit vooral in de eerste week. De vitaliteit lijkt een probleem. Na vier of vijf dagen vallen sommige biggen zo maar ineens weg.”
Met overleggen van biggen stegen de resultaten amper. “Op een gegeven moment zeg je: ‘Ho!’, want de zeug moet het doen.” Hij schakelde over naar een nieuwe voerleverancier en wilde weten wat er aan de hand is. Onderbouwd met cijfers. Zodat hij stap voor stap tot de kern kon komen. Met als doel uitval weer terugbrengen tot onder de 12 procent. Een biestscan bood houvast.

Biestscan
Dierenarts Godfried Groenland en voorlichter Theo Klopman, beide van voerleverancier De Heus, namen bloed af van biggen en zeugen. In de geselecteerde kraamafdeling zijn de dagen daarvoor biggen geboren. De bloedmonsters worden onderzoecht op IgG-gehaltes. Deze parameter zegt iets over de hoeveelheid antistoffen in het bloed. En omdat de biggen deze antistoffen binnen krijgen via de biest, kun je op deze manier de biestopname bepalen. Lage gehaltes antistoffen in het biggenbloed kunnen duiden op te weinig biestopname. Dat zie je heel duidelijk bij grote tomen, maar ook als de zeug weinig antistoffen in het bloed heeft , wordt er minder doorgegeven. Vandaar het bloedonderzoek bij de zeug.
Voor een goede biestscan wordt bloed bij biggen tot zes dagen oud verzameld. Verschillen in leefijd worden verrekend door alle gemeten waarden met formules terug te rekenen tot vier dagen.
In deze fotoreportage vindt u de resultaten van de biestscan.

Melkscan
Eerder liet Gerner al een melkscan uitvoeren. Dan kijken ze of de biggen voldoende melk opnemen. Biggen moeten eigenlijk in de eerste week in gewicht verdubbelen. Bij een eerdere scan in 2011 zat die verdubbeling er wel in, maar hield het geboortegewicht niet over. Ook nu is de groei in de eerste week goed. We hebben de overgang van dracht- naar lactovoer wat soepeler gemaakt door een prelactovoer te voeren. Dat moet de druk op de uiers helpen verlagen.

Vitaliteit
Gerner weet ook dat een deel van het probleem samenhangt met de vitaliteit van de biggen. Het bedrijf hanteert bedrijfs-ki, met twee
Piétrain-beren. “Uit analyse bleek dat één van de beren verantwoordelijk was voor het bovengemiddeld aantal spreidzitters. Dat komt de vitaliteit van de biggen natuurlijk niet ten goede. Die beer is inmiddels vervangen.” De vitaliteit moet ook toenemen door de inzet van de nieuwe voeders en het aanpassen van het voerschema in de dracht. Gerner hanteert een hoog-laag-hoog rantsoen.
Van één toom, met biggen van twee dagen oud, neemt Van Groenland een monster van iedere big afzonderlijk. “Dan kunnen we ook kijken of er verschillen binnen de toom zitten. Twee van de dertien biggen ogen weinig vitaal, één is vrij bleek.” Wanneer de verschillen binnen de toom te groot zijn, dan is het zaak om binnen het biestmanagement met periodisering te werken.

Lees ook

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Woensdag
    10° / 2°
    70 %
  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    11° / 2°
    50 %
Meer weer