Nationale mestcoöperatie van de baan
Coalitie Vitalisering Varkenshouderij (CoViVa), AgriNL en het ministerie van LNV hebben samen een analyse van de mestmarkt gemaakt. Een van de conclusies is dat een nationale mestcoöperatie geen meerwaarde heeft. Dat zegt programmadirecteur Alfred van Lenthe van CoViVa.
Ambitie twee in het programma 'Vitale Varkenshouderij' van CoViVa zet in op een centrale positie in de circulaire economie. Mestverwerken en verwaarden om de bodemvruchtbaarheid van landbouwgronden te verbeteren, maakt daar deel van uit. Een van de onderdelen van die ambitie was om een nationale mestcoöperatie op te richten. Dit landelijk dekkende initiatief zou de aanvoer van mest naar mestverwerking centraal regisseren.
'Initiatieven vanuit de veehouders in regionale mestcoöperaties sluiten veel beter aan bij die circulaire ambitie', weet Van Lenthe. 'Wel is het wachten op duidelijkheid vanuit de overheid over hoe het toekomstige mestbeleid eruit gaat zien. Dat meer mestwerkingscapaciteit in Nederland nodig is, staat buiten kijf.'
Regionaal opgepakt
De vereniging leveranciers van duurzame mineralen (VLDM) is volgens Van Lenthe een goed voorbeeld van zo'n regionaal initiatief. Daarin worden belangen van varkenshouders collectief behartigd. Samen leveren ze mineralen aan verwerkers die er onder meer kunstmestvervangers van maken. De bemiddelende en organiserende rol verricht VLDM voor veehouders in de regio Oost-Brabant en Noord-Limburg.