Klimaatveranderingen en het eten van vlees worden nogal eens in één adem genoemd. Om het groeiend aantal monden te voeden en de aardbol niet te zwaar te belasten, is een steeds efficiëntere voedselproductie noodzakelijk. Grootschaligheid en vooruitstrevende technologieën moeten volgens Gerard Albers redding brengen.
Dat met name jongeren minder vlees eten en richting vegan gaan, is volgens Albers, oud-directeur R&D en Innovaties bij Hendrix Genetics, onmiskenbaar een trend. Die trendsetters zijn begaan met het klimaat en het welzijn van landbouwhuisdieren. Ze passen onder meer hun eetgewoonte aan en zoeken de producten voor een gevarieerd en gebalanceerd menu. “Retailers doen niets anders dan die consumententrends volgen. Dat zie je ook terug aan hun reclame-uitingen voor de kerstdagen. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan voedsel zonder ingrediënten met een dierlijke herkomst. De wereldbevolking blijft groeien en de welvaart gaat toenemen, waardoor de consumptie van dierlijke producten ook zal stijgen. Als we op dezelfde voet doorgaan, is de impact op het klimaat enorm.” Deze wijsheid haalde Albers uit gedegen studies van het World Resource Institute en 24 wetenschappers van 22 instituten. Dit laatste onderzoek is in december 2018 gepubliceerd in het hoog aangeschreven Nature.
Ecologische transitie
Een ecologische transitie van de landbouw is volgens Albers broodnodig. “De vraag naar vlees gaat nog de helft toenemen. Dat zorgt voor meer broeikasgassen, er is meer grond en zoet water voor landbouw nodig en het risico op vermesting neemt toe. Dus we moeten het voedselsysteem zo inrichten dat de wereld die groei kan dragen. Een industriële landbouw die steeds efficiënter produceert en productiever wordt, draagt daar aan bij. Technologische verbeteringen gaan zorgen voor een dalende uitstoot van de hoeveelheid CO2 per kilo vlees.’
De schaalgrootte, efficiëntie en de productiviteit van de landbouw moeten toenemen om de groeiende wereldbevolking te kunnen voeden. Dat helpt om het beslag op grond en zoet water te beperken. Kleinschalig, lokaal en ook zo efficiënt mogelijk produceren van voedsel maakt het agrarisch landschap van de toekomst volgens hem compleet. “Als die ecologische transitie in goede banen wordt geleid en binnen verantwoorde kaders plaatsvindt, blijft er zelfs meer ruimte voor natuur over.”
Schokkend
Schokkend om te ontdekken vindt Albers het dat de operationele ketenkosten van varkensvlees in Nederland wereldwijd de op een na de hoogste zijn. China – met de helft van alle varkens ter wereld – staat op één. Daarna komen Nederland en Denemarken en niet de grote varkenslanden als de VS, Brazilië of Rusland. “Om varkens in Nederland en Denemarken te voeden, moeten bijna alle grondstoffen worden geïmporteerd. Vervolgens moeten ze weer het grootste deel van het varkensvlees exporteren. Wat minder varkens in die landen verlaagt de milieudruk en brengt de handelsbalans weer wat meer in evenwicht.”
Gerard Albers vertelde dit afgelopen maandag in Sint Anthonis tijdens een verdiepende bijeenkomst georganiseerd door Cicero. De thema-avond droeg de titel ‘Industriële landbouw: ramp of redding?’.